Costa de Prata Blog
Het groente- en fruitaanbod in de supermarkt en op de markt is hier in Portugal anders dan in Nederland. Het warmere klimaat zorgt er voor dat hier andere gewassen kunnen groeien, gewassen die meer zon en meer warmte nodig hebben.
Een aantal jaar geleden waren we op vakantie op Madeira waar onze gastvrouw een aantal, voor ons, bijzonder fruitbomen in de tuin staan. Eén daarvan was een anona boom (annona cherimola). Deze boom produceert een lichtgroene vrucht, met een vreemde vorm. Maar het is het heerlijkste fruit dat je ooit gegeten hebt! Heel licht, bijna wit, sappig vruchtvlees, met grote donkere pitten. De smaak doet me denken aan een mix van ananas, banaan en appel. Maar andere mensen proeven vast iets heel anders.
Oorspronkelijk stonden deze bomen alleen in Zuid-Amerika, maar door de tijd heen zijn ze ook op andere continenten terechtgekomen. Het klimaat op Madeira is blijkbaar prima voor de anonaboom. In de mooie markthallen van Funchal liggen vele hoge stapels vruchten. De vruchten worden ook van Madeira naar het Portugese vasteland vervoerd zodat men in het hele land kan genieten van deze vrucht.
Ooit heb ik een pit in de grond gestopt en die is ontkiemd en gaan groeien. Het boompje is nu ongeveer een meter hoog, en staat in onze tuin. Ik hoop natuurlijk dat er ooit van die lekkere vruchten aan zullen groeien, maar stel dat dat niet gebeurt dan geeft dat niks. Er staat nog steeds een bijzondere fruitboom in onze tuin, en de vruchten blijven we dan maar gewoon kopen!
Vandaag te horen gekregen dat we in de nieuwe uitgave van het magazine voor 50-plussers staan.
Leuk artikel geworden. Kijk maar gauw!
In Conímbriga, zo'n 16 kilometer ten zuiden van Coimbra, liggen de resten van de grootste Romeinse nederzetting in Portugal. Deze werd in de 1e eeuw gesticht, precies op de kruising van de wegen naar Porto, Braga en Lissabon. In de 5e eeuw werd het dorp geplunderd, en is de bevolking massaal vertrokken naar Coimbra. Na hun vertrek werd het dorp niet meer permanent bewoond, wat er waarschijnlijk voor heeft gezorgd dat de nederzetting relatief gaaf is gebleven.
Vorige week zijn we, op weg naar Coimbra, gestopt in Conímbriga om de opgravingen te bekijken. Wat is dat indrukwekkend! We zijn erg verbaasd over de grootte van het geheel, het is een behoorlijke nederzetting geweest. En dan te bedenken dat de opgraving nog altijd doorgaat, er zijn nog hele stukken dorp verborgen onder weiland.
Een hele dikke muur is om bijna het hele dorp gebouwd. Uiteraard ontbreekt een aquaduct niet, net als een forum en een tempel. Mooi om te zien hoe inventief men toen al was, met bijvoorbeeld warmwaterbaden en vloerverwarming in het badhuis. De huizen van de welgestelden springen meteen in het oog, met hun prachtige mozaïekvloeren.
In het bijbehorende museum worden alle gevonden gebruiksvoorwerpen tentoongesteld. Het ontbrak ze aan niets: ijzeren gereedschap, glaswerk, aardewerk, munten, naaigerei, sieraden. Deze voorwerpen zijn zo'n 2.000 jaar oud, maar de moderne varianten op deze voorwerpen zien er echt niet heel anders uit.
Een bezoek aan de opgravingen in Conímbriga is wat ons betreft een echte aanrader!
Het porthuis Taylor, Fladgate & Yeatman in Porto is een van de oudste porthuizen. Het werd in 1692 opgericht als familieconcern, bestaat inmiddels ruim drie eeuwen en is nog steeds een familiebedrijf. Tot op de dag van vandaag wordt Taylor's geleid door de afstammelingen van de Yeatman's en Fladgate's.
Allebei de families zijn sinds de oprichting vennoten. Het bedrijf is nog nooit verkocht, gekocht of overgenomen en daar zijn ze terecht trots op! Hun doel is goede port te maken en te verkopen. Ook is dit bedrijf gedurende al die jaren geheel onafhankelijk gebleven.
Taylor verbouwt de druiven op twee grote wijngaarden in de Dourovallei, te weten Quinta de Vargellas en Quinta de Terra Feita. Quinta de Vargellas schijnt een van de mooiste wijngaarden ter wereld te zijn en is 176 ha groot. De wijngaarden liggen dus op een behoorlijke afstand van het porthuis zelf dat gelegen is boven aan de kade van de Douro die door het centrum van Porto loopt.
Eind september is de oogsttijd en worden de druiven in speciale plastic boxen gelegd om het fermenteerproces zolang mogelijk tegen te gaan. Overdag plukt men de druiven en 's nachts gaan de plukkers een deel van de druiven met blote voeten treden! Oftewel de druiven persen. Deze druiven zijn de bron van de beste wijnen van Taylors. Het is onmogelijk om alle druiven te treden, daarom heeft Taylor veel tijd en geld geïnvesteerd in apparatuur om het effect van het blootsvoets persen na te bootsen.
In de lente volgend op de oogst wordt de wijn via de Douro naar het porthuis gebracht. De vaten gaan zo een 60 kilometer stroomafwaarts richting de koele kelders. De inhoud van de vaten varieert tussen de 600 en 22.000 liter en deze zijn verdeeld over drie kelders.
Niet alleen bij Taylor maar bij alle porthuizen kunt u voor een paar euro een rondleiding doen. Bij binnenkomst toont men een film die u kijkt onder het genot van een witte port. De rondleiding sluit men af met een proeverij. Voor de liefhebber is het mogelijk in de shop een lekkere port of portglazen te kopen.
Wie Porto bezoekt, moet zeker een van de porthuizen bezoeken! Een absolute aanrader.
We hadden ons voorgenomen om zodra het weer slecht zou zijn de grotten van Mira de Aire te bezoeken. Nu dat was dus deze week. Ik vind dat je alle bezienswaardigheden eerst zelf bezocht moet hebben, voordat je iets als tip doorgeeft aan je gasten. Met vrienden gingen we dus naar de grotten, want, dacht ik, daar is het in ieder geval droog. Nou hebben we er zeker geen spijt van, want de grot is prachtig! Ik heb nooit eerder zo'n mooie en sfeervolle grot gezien.
Bij binnenkomst leek het net Droomvlucht van de Efteling, alleen zonder elven en kabouters en je moest zelf naar beneden lopen i.p.v. glijden in een karretje. Maar wat een sfeer! Indrukwekkend. Ja, toch nog een maar. Het was er zo nat binnen. Dat hadden we natuurlijk kunnen weten. De stalagmieten en stalactieten hebben water nodig om te blijven 'leven'. Alleen leverde de dikke druppels in de grot wel af en toe wat cynisch commentaar op. Maar dat maakte het niet minder mooi.
Absoluut een aanrader dus. 's Zomers is het overigens veel droger, ook ondergronds. Absoluut een aanrader!
Nee, ik zit niet achter de geraniums
Letterlijk niet en figuurlijk gesproken al helemaal niet. En soms wil ik dat best letterlijk gezien dan. Eigenlijk wil ik van die grote bossen zoals je bij Franse maar gelukkig ook bij Portugese appartementen ziet en dan maar erachter gaan zitten. Alleen dat kan niet want er is teveel te doen. Ons huis heeft in de afgelopen jaren een metamorfose doorgemaakt en ook de tuinterrassen en veranda zijn projecten op zich. En dat brengt me bij het woord project.
De laatste paar jaar toen ik nog werkte als trainer en cursussen ''Pensioen in Zicht'' gaf, huurde ik vaker een arts in die kwam praten over de gezondheid na je pensioen. Een van de aspecten die hij aansneed was dat je na je pensioen niets hebt aan hobby's. Ik citeer: ''hobby's zijn voor er tussendoor daarom heet het een hobby.'' en ''je kunt niet de rest van je leven postzegels plakken, maar je moet zorgen dat je een project onder handen hebt." En met een project bedoelde hij iets waar je je tanden in kunt zetten, want met wandelen en fietsen kan je je dagen niet vullen. Hij was een wijs man die ons (ik had per slot van rekening dezelfde leeftijd als de andere cursisten) aan het denken zette. Toch heb ik het Loek (mijn echtgenoot) nooit over het nut van het hebben van een project verteld. Bang dat ons project wel erg groots zou worden. Maar ook al heb ik deze wijsheid van de arts verzwegen, een Project met een hoofdletter is ons huis toch geworden. Maar moeten alle pensionados dat dan ook doen? Nou nee......
Maar wat prijs ik me gelukkig. Het is heerlijk hier, ook al is het veel werk. Gelukkig blijft het niet alleen bij werken. Het is ook goed om gasten te ontvangen. Eigenlijk leuker. Het is uitdagend om ze wegwijs te maken en te enthousiasmeren voor de omgeving. En ik kan het niet laten. Ik heb een programma voor een week voor gasten gemaakt, een weekje anders, waarin ik aspecten van Portugal opgenomen heb, die je als toerist niet snel vindt. Per slot van rekening was dat mijn werk.
Alcobaça staat bekend om zijn fruit. Vandaar onze bloesemtocht, vandaag onder een stralende zon. Maar er is inderdaad fruit in overvloed hier in de omgeving en dat leidt tot veel 'creatieve' ideeën. Wat te doen met fruit.....
Likeur maken dus en oké ook jam. Het is heel simpel om likeur te maken en het gaat heel snel. Dus maken we perziklikeur, ananaslikeur, countreau, grand marnier, pruimenlikeur en vijgenlikeur. En daarnaast nog eucalyptuslikeur en ginja (kersenlikeur). Allemaal heerlijk. E n van alles maken we veel te veel, omdat er zoveel vruchten zijn. Totdat ik op een gegeven moment 's morgens wakker werd en het glaasje zag staan waar ik gisteren een likeurtje uit dronk. De alcohol is verdampt, de suiker is nog over. Een half glaasje vol. Het zal wel dat ik zo dik ben. Het is puur suiker en alcohol. Ik denk terug aan mijn eerdere avontuur met zelfgemaakte advocaat. Tien eieren, één kilo suiker en een fles brandewijn. Misschien zat er nog meer in, maar dat weet ik niet meer precies, en dat hoef ik ook niet te weten, want ik had het in twee avonden op en pas de volgende ochtend (uiteraard) besefte ik wat ik in twee avonden had weggewerkt. Dat nooit meer, besloot ik (en toen was ik nog slank). We gaan de perziken nu gewoon opeten en de appels, de peren, sinasappels etc, etc. Het glaasje ginja drinken we gewoon op straat in Lissabon of in Óbidos (in een chocolade bekertje als een extra traktatie). De eucalyptuslikeur krijgen we als dank na een uitgebreide maaltijd in een restaurant van de eigenaar. En we maken het niet meer zelf, want je raakt het aan de straatstenen niet kwijt (lees vriendinnen, want die hebben het zelf ook gemaakt).
Misschien alleen nog ginja, en notenwijn en .....en........
Hoewel...... ik krijg geregeld gasten en die willen toch wel een glaasje zelfgemaakte likeur?
Onze Quinta is 'beroemd' om zijn prachtige uitzicht. Dat is dan ook het eerste wat de meeste gasten meteen zeggen. En wij zijn het er helemaal mee eens. Dit prachtige uitzicht hebben we vanuit de zitkamer, keuken, en slaapkamer. We worden verwend met een zielsmooie zonsopgang en 's avonds zien we diezelfde zon weer ondergaan, waarbij hij zijn opgang probeert te evenaren. Ik heb dus niets te klagen, ware het niet....
Deze week heeft de boer aan de voorkant van ons huis zijn land omgeploegd. Het hele felgele bloemenveld is in een paar ritten veranderd in een dofbruine korrelmassa, waar vervolgens in lange rijen jonge boompjes worden geplant. Jammer, maar de boer moet ook leven en zijn grond is nu eenmaal landbouwgrond. Wat pas echt 'erg' is, is dat alle boompjes beschermd worden met felgroene plastic hoezen. Lelijk hoor.
Dit doet me denken aan vroegere vrienden van ons die in een heus kasteel woonden in een prachtige, bosrijke, autoloze omgeving. Ze hadden drie kinderen die dus in deze sprookjesachtige omgeving opgroeiden. Daar genoten ze bijzonder van. Alleen de zondagen waren vervelend, want dan wandelden er veel mensen langs het kasteel om ook een beetje te kunnen genieten van de natuur eromheen. Dus werd er gemopperd en eigenlijk vonden de kinderen dat er maar een wandelverbod moest komen. Ze beseften niet dat zij zeer bevoorrecht waren. En ja, dat geldt dus ook voor mij. Zeer bevoorrecht en nu niet zeuren over een paar (honderd) plastic hoesjes, want dadelijk hebben we prachtige bloesem en later lekkere appels en peren. Bovendien hebben we nog steeds een prachtig,weids uitzicht aan de achterkant van het huis waar wij altijd zitten en onze gasten ook.
Toen wij nog in Nederland woonden hadden we voor Nederlandse begrippen best een aardige tuin, 5 bij 12 meter. Daar wilden we 2 terrassen en een pad in, en verder alleen planten. En dan niet zomaar alles door elkaar, nee! Dat werd veel te bont, en dat staat niet op zo'n beperkte oppervlakte. Een strak kleurschema, met alleen maar wit, blauw en roze. Nou vooruit, in de lente mochten gele narcissen ook wel. In de winter stierf alles af, en in het voorjaar zaten we de plantjes de grond uit te kijken.
Hoe anders is tuinieren in Portugal! De meeste planten blijven ook in de winter gezellig boven de grond, en sommigen bloeien zelfs in de winter gewoon door.
Alles wat je over planten in Nederland weet kun je het beste zo snel mogelijk vergeten, want hier is het (logisch natuurlijk) allemaal heel anders. Planten die je in Nederland in de winter naar binnen moet halen omdat ze anders de winter niet overleven, staan hier gewoon in de tuin en hebben nergens last van.
En met zoveel zon, op een veel grotere oppervlakte, ziet het er juist heel gezellig en vrolijk uit als je alle bloemkleuren gewoon door elkaar zet. Dus hebben we het strakke kleurschema overboord gegooid, en genieten we van alle mooie felgekleurde bloemen in de tuin!
Midden-Portugal, gastvrij met topbestemmingen
Kortgelden kwam Portugal wederom als vakantieland in het nieuws. Want wie dit jaar liever een goedkopere vakantie wil in combinatie met kwaliteit, komt naar Portugal. Hier vind je niet alleen de mooiste stranden, maar ook een zeer gastvrije bevolking.
Uit een onlangs door het World Economic Forum vrijgegeven rapport van het internationale Travel & Tourism Competitiveness blijkt dat Portugal een van de 10 meest gastvrije landen is. Portugal kreeg de 7e plaats in de ranking. De houding van de Portugese bevolking naar de buitenlandse toerist blijkt zeer vriendelijk. Iets wat wij als inwoner van Portugal vaker van onze gasten horen en zelf mogen ervaren. Wanneer nieuwkomers de weg naar onze B&B niet vinden, is er altijd wel een Portugese dorpsgenoot die weet waar de Casa van de Holandaises is. Ook onze gasten die 's avonds uit eten zijn geweest en met een taxi terug willen. Zonder iets te zeggen, kunnen ze plaatsnemen en de taxichauffeur weet feilloos dat zijn klanten de gasten van Casa Ceedina zijn.
Tel bij het gastvrije ook nog eens op dat vier van de vijf topbestemmingen van Portugal in 'ons gedeelte, dus Midden Portugal' liggen en je vakantie is geboekt. Nazaré, São Martinho do Porto, Ericeira en Sintra zijn allemaal zeer de moeite waard om te bezoeken. Met name de badplaatsen Nazaré en São Martinho do Porto zijn erg in trek bij onze gasten.
Sao Martinho do Porto
Heerlijk om te ontspannen of een mooie wandeling naar de vuurtoren te maken voor een prachtig uitzicht over de Atlantische Oceaan of de baai. Ook een aanrader om een keer te gaan surfen, zeilen of kanovaren. In de leuke restaurants langs de boulevard eet u lekker een visje.
Nazaré
In de weekenden en vakanties komen de Portugezen zelf ook graag naar Nazaré. De stranden zijn lang, breed en schoon, dus een rustig plekje is zo gevonden. Eet een visje bij de visdrogerij, ga met de kabelbaan naar de bovenstad O Sitio of maak een wandeling langs de boulevard. In Nazaré gaan authentiek en modernisering met elkaar hand in hand om u als vakantieganger een plezier te doen.
Sintra
Natuurliefhebbers reizen af naar het berggebied Sintra dat is opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Breng een bezoek aan de paleizen die vroeger als buitenverblijf dienden voor de rijken. Sintra heeft een door haar bosrijke omgeving echt een bijzondere sfeer.
- Ik vertrek
- Vakantieganger kiest voor kleinschalig!
- Kill your own darlings
- Heerlijk monster
- De gehaaste reiziger
- Blote-voeten-wijn
- Rota de Peregrino
- Wat de immigrant niet kent...
- Wandelweken
- Kruip-en-sluip-door paadjes
- Gestoorde stroom
- Monnikenwerk anno nu
- Beestenboel
- Prachtige stranden
- In Portugal kunnen ze feesten!
- Gescharrel tussen de stenen
- Midden Portugal blijkt fietsparadijs
- Mijn leven in Portugal 2
- Mislukt
- Kajakken op de rivieren in Portugal!